De kernvragen

1. wie ben ik?

Mijn naam is Filip. Ik kom oorspronkelijk uit Polen, maar woon al sinds 2009 met mijn ouders in Tilburg. Verhuizen naar een vreemd land is natuurlijk uitdagend, maar door mijn jonge leeftijd had ik de overgang best goed ervaren. Ik stond nooit echt stil bij het feit dat ik veel mensen had achtergelaten. Dat is iets wat ik pas jaren later aan begon te
denken, maar tegen die tijd had ik al een heel nieuw leven in Nederland. Ik heb hier namelijk de basisschool afgerond (waar ik eerst een jaar in een speciale klas zat voor kinderen die de Nederlandse taal aan het leren waren) en heb vervolgens zes jaar gezeten op het Cobbenhagenlyceum, waar ik in 2021 een VWO-diploma heb behaald.

Op de middelbare school heb ik een heleboel geweldige mensen mensen ontmoet waarmee ik een goede band heb kunnen behouden o.a. doordat ik de volle zes jaar dezelfde stamklas had. Ik ben met mijn klasgenoten op verschillende studiereizen en uitwisselingen geweest en heb ook veel gezellige tijden buiten school met hen gehad. Daarnaast was ik in de bovenbouw ook lid van de theatergroep van onze school, waarmee we elk
schooljaar een uitgebreid Engelstalig toneelstuk voorbereidden. In deze groep heb ik ook veel toffe herinneringen gemaakt. Ik zal altijd terugkijken naar mijn jaren op de middelbare school met een brede glimlach. De meeste mensen waar ik nu een sterke band mee heb, heb ik toen ontmoet.

SPECO was niet mijn eerste studie, en ook niet mijn tweede. Ik heb eerst een paar maanden journalistiek gestudeerd, totdat ik geconfronteerd werd met het feit dat ik mij daar niet thuis voelde. Dit verhaaltje speelde zich opnieuw af toen ik het jaar daarna voor een paar maanden HRM studeerde op de Universiteit van Tilburg. Pas daarna had ik SPECO gevonden. Ik hoop dat ik hier eindelijk een thuis kan vinden.

Ik ben een grote fan van muziek. Ik verzamel CD’s, bezoek regelmatig concerten en heb zelfs een YouTube-kanaal waar ik over muziek praat (@FADentertainment). Mijn lievelingsgenres behoren allemaal tot rock & metal, zoals nu-metal, metalcore, pop-punk, post-grunge, post-hardcore en nog veel meer. Ik speel ook bijna tien jaar (onregelmatig) gitaar, maar dit is meer een hobby die ik af-en-toe oppak dan iets waar ik serieus mee bezig ben. Ik zou het wel graag vaker doen, maar ik vind het lastig om de tijd en ruimte ervoor te maken. Verder kijk ik graag films en series en volg ik verschillende sporten zoals basketbal, voetbal, American football, showworstelen en een paar autosporten.

Naast dit stuk tekst staat er bovenaan een ‘woordwolk’ met allerlei verschillende woorden die mijn vrienden en ik hebben uitgekozen omdat ze bij mij passen. Ook al vind ik het echt niet leuk om op te scheppen (bescheiden, kuch kuch), ben ik wel blij om deze woorden bij elkaar te zien. Of ik ze allemaal daadwerkelijk ben, weet ik niet zeker, maar ze zijn allemaal wel
dingen waar ik naar streef. Het is dus een fijn gevoel om te weten dat anderen dit ook zien. Een van de woorden, authenticiteit, is iets wat ik al jarenlang hoor. Ik heb altijd geprobeerd mezelf te zijn qua innerlijk en uiterlijk. Dit doe ik nog steeds en dat is (denk ik) vooral te zien in hoe ik eruitzie. Ik heb het zeker door dat ik met mijn zwarte kleding, tattoeages, piercings en lang haar geen typische SPECO’er ben, maar dat betekent niet dat ik opeens iemand anders ga zijn. Zo was ik vroeger, en zo ben ik nog steeds. Een ander woord dat ik zelf belangrijk vind is ‘inleven’. Ik vind dit een belangrijke kwaliteit om te hebben, omdat het iets is wat ik ook van anderen wil zien. Of dit in een schoolcontext is of erbuiten, ik vind dat je altijd jezelf moet kunnen verplaatsen in andermans schoenen.
Be curious, not judgemental..

2. wAT KAN IK?

Ik vind dat ik iemand ben die altijd wel zijn best doet. In hoeverre dit genoeg is, verschilt per situatie, maar ik heb altijd een groot hekel gehad aan mensen teleurstellen. Daarom probeer ik altijd mijn best te doen, en maak ik me snel zorgen als ik bang ben dat ik misschien niet genoeg inzet heb getoond. Ik ben daarbij heel kritisch op mezelf, wat aan de ene kant goed is, maar tegelijkertijd ook problemen kan veroorzaken.

Iets waar ik vaak tegenaanloop is dat ik snel overprikkeld raak in drukke en/of stressvolle
omstandigheden. Vergeleken met anderen kan ik best weinig chaos aan. De drukte op
school is vaak al genoeg om mij helemaal van mijn pad af te gooien, en dat terwijl ik niet eens een bijbaantje heb. Ik ben iemand die veel structuur nodig heeft om optimaal te functioneren, en elke afwijking zorgt voor heel veel moeite. Dit is natuurlijk geen goede eigenschap om te hebben, al helemaal niet in de moderne arbeidsmarkt waar wordt gevraagd naar innovatie en flexibiliteit. Ik weet dus dat ik nog moet leren om beter om te gaan met nieuwe, onbekende situaties.

3. Wat zijn mijn dromen?

Dit is een lastige vraag. Ik heb het altijd moeilijk gevonden om te zeggen wat ik nou precies in de toekomst wil gaan doen. Op de basisschool had ik bijna elk jaar een andere
droombaan, en op de middelbare wist ik het gewoon echt niet meer. Dit was ook een van de redenen dat mijn studiekeuze zo problematisch was. Ik vind wel wat dingen leuk en interessant, maar ik heb ervaren dat ik mijn passie voor bepaalde interesses vaak kwijtraak als ik er iets meer dan een hobby van probeer te maken (Toch probeer ik het weer met SPECO). Daarnaast ben ik ook echt iemand die voor een bepaalde tijd heel erg gepassioneerd kan zijn over iets, maar het opeens compleet loslaat omdat er weer iets nieuws is opgekomen. Dit zijn uitdagingen waar ik nog steeds elke dag mee worstel, ook al word ik steeds meer geconfronteerd met mijn toekomst. Ik weet het precieze antwoord op deze vraag dus eigenlijk nog steeds niet. Ik laat het voor nu nog even op mij afkomen terwijl ik met behulp van deze studie mezelf verdiep in de verschillende velden van sportcommunicatie.

Tegelijkertijd zijn er wel wat andere dingen die ik wel in mijn toekomst wil hebben. Dit zijn de eerste dingen die in mij opkomen als ik het heb over mijn dromen. Ik denk dan niet aan een toffe baan, maar aan een familie. Ik weet zeker dat ik op een dag wil trouwen en vader worden. Ik fantaseer er echt vaak over. Welke baan ik in deze fantasieën heb, is meestal een bijzaak zolang ik genoeg verdien om iedereen overeind te houden en ik genoeg tijd met hen kan besteden. Ik wil oud worden met diegenen van wie ik hou en met wie ik mijn interesses en passies kan delen.